De fiscale hervorming van minister van Financiën Vincent Van Peteghem: wat kan de impact zijn voor uw onderneming?
- door Sara Desmidt
- •
- 31 mrt, 2023
- •
Deze nota is een vervolg op de visienota die de minister in juli 2022 op tafel legde. De grote krachtlijnen zijn een daling van de lasten op arbeid, hogere vermogensbelastingen, een vrijwaring van de concurrentiekracht van bedrijven en een groenere, gezondere en eenvoudigere fiscaliteit.
We lijsten de belangrijkste topics voor je op.
Moderne en eenvoudige fiscaliteit
- Werknemers moeten aandeelhouders kunnen worden van hun werkgever. Daarom wordt het systeem van optieplannen hervormd en vereenvoudigd, waarbij enkel aandelen van de werkgever of van een verbonden vennootschap in aanmerking komen. Daarnaast wordt een nieuwe fiscale regeling uitgewerkt om werknemers op een financieel gunstige manier te laten deelnemen in het eigen vermogen van hun werkgever. Op die manier kunnen ook start-ups en scale-ups gebruikmaken van een belangrijk instrument om talent aan te trekken en aan boord te houden.
- De tweede pensioenpijler (het aanvullend pensioen) wordt eenvoudiger en transparanter gemaakt, zodat meer werknemers van deze regeling kunnen genieten. Tegelijk wordt de bestaande 80%-begrenzing opgeheven, zonder te raken aan de opbouwmogelijkheden die vandaag bestaan. Er komt een stelsel dat volledig gebaseerd is op de bruto jaarbezoldigingen van het jaar zelf.
- De overheidsinspanningen voor een meer geautomatiseerde fiscaliteit worden opgedreven. De facturatiestroom wordt verder gedigitaliseerd om de administratieve last en btw-kloof voor ondernemingen te verminderen.
- De fiscale en RSZ-behandeling van voordelen van alle aard wordt gelijkgeschakeld. Een aantal voordelen die vandaag forfaitair worden gewaardeerd, zullen belast worden op basis van de werkelijke waarde. Het gaat hierbij om de gratis terbeschikkingstelling aan bedrijfsleiders van een woning, verwarming, elektriciteit en huispersoneel.
- Het fiscaal stelsel van de voordelen van alle aard gelinkt aan bedrijfswagens, blijft ongewijzigd. Op die manier kan de verdere vergroening van bedrijfswagens in ons land op een rechtszekere manier verder uitgerold worden.
Eerlijke bijdrage op vermogens
- Omdat verschillende beleggingsmogelijkheden fiscaal neutraal behandeld moeten worden, wordt de DBI-aftrek hervormd. Dit is een regeling die het dubbel belasten van winsten binnen de eigen groepsstructuur moet voorkomen). De bestaande aftrek wordt vervangen door een vrijstelling.
- Binnen een internationaal kader wordt een minimumbelasting voor multinationals ingevoerd. Dit moet leiden tot minder belastingontwijking en een gelijk speelveld voor Belgische ondernemingen.
Concurrentiekracht en rechtszekerheid
- De jaarlijkse taks op effectenrekeningen wordt verdubbeld.
- Het systeem van de investeringsaftrek wordt hervormd, waarbij de basisinvesteringsaftrek en de investeringsaftrek O&O (onderzoek & ontwikkeling) behouden blijven en er voor duurzame investeringen een fors verhoogde investeringsaftrek gecreëerd wordt.
- Als extra stimulans voor duurzame investeringen komt er bovenop de investeringsaftrek een systeem van versnelde (dubbele) afschrijvingen.
- Het belastingkrediet voor O&O blijft behouden en wordt uitgebreid naar duurzame investeringen. Op die manier kunnen bedrijven sneller fiscaal voordeel halen uit grote investeringen die ze realiseren.
- De innovatieaftrek wordt hervormd, met een duidelijkere definitie van intellectuele eigendom voor de aftrek van innovatie-inkomsten. Hiervoor zal een octrooivereiste van toepassing zijn. Deze maatregel zorgt ervoor dat de aftrek enkel gebruikt wordt door ondernemingen die effectief innoveren.
Dit voorstel tot fiscale hervorming, dat als vertrekpunt dient voor regeringsonderhandelingen, zou vanaf 1 januari 2024 moeten ingaan. Afwachten welke maatregelen definitief behouden blijven en welke zullen sneuvelen…
Bron: Nota ‘Eerste fase van de bredere fiscale hervorming’, minister van Financiën Vincent Van Peteghem, maart 2023


Uit een onderzoek van SD Worx blijkt dat ongeveer de helft van de Belgische kmo’s bedrijfswagens aanbiedt aan hun medewerkers. Deze voertuigen worden vooral ingezet als functiewagens, voornamelijk voor het bezoeken van klanten. Bedrijven met minder dan drie wagens vormen de meerderheid, maar grotere organisaties hebben er vaak meer. Vooral in Brussel en Wallonië worden bedrijfswagens vaker ingezet voor klantenbezoek.
De kosten voor het beschikbaar stellen van bedrijfswagens zijn de afgelopen drie jaar met gemiddeld 30% gestegen, vooral door hogere leasekosten van elektrische wagens. Ondanks deze inspanningen om het wagenpark milieuvriendelijker te maken, blijft het aandeel elektrische en hybride voertuigen stabiel. Momenteel bestaat 14% van de bedrijfswagens uit elektrische voertuigen en 28% uit hybride, terwijl de meerderheid nog steeds fossiele brandstoffen gebruikt. Kmo's verwachten echter niet dat dit aandeel op korte termijn veel zal toenemen.
